Omgevingsvoorwaarden

Zorg voor een veilige en stimulerende leeromgeving in de klas

De betrokkenheid bij de lesinhoud zal mee bepalen aan welke lesinhouden de leerling prioriteit geeft en dus ook waarom hij of zij al dan niet iets leert. Uit onderzoek blijkt dat leerlingen die autonoom gemotiveerd zijn, meer actief betrokken zijn bij de klas, meer diepgaand leren, meer geconcentreerd zijn, minder snel afhaken en zich beter in hun vel voelen dan leerlingen die gecontroleerd gemotiveerd zijn, of 'moeten' leren (Vansteenkiste, Lens, & Deci, 2006). 

Leerlingen verschillen in wat hun aandacht trekt, de interesse verandert zelfs als nieuwe kennis en vaardigheden opgedaan worden. Het is dus belangrijk op verschillende manieren aandacht en betrokkenheid uit te lokken. Breng variatie in bronnen, manieren van vraagstelling én evaluatievormen om uitdaging te blijven bieden.

Zorg voor een veilig klasklimaat voor elke leerling

Een veilig klasklimaat creëren is de basis om te komen tot leren. 

(Shapiro, 1993) stelt dat klasklimaat het verschil maakt tussen klassen waar leerlingen presteren en klassen waar ze niet presteren. In een ondersteunend, positief klimaat presteren leerlingen goed. Hoge verwachtingen koesteren ten aanzien van alle leerlingen, de instructie aanpassen aan noden van leerlingen (Wang, Haertel, & Walberg, 1990), leerlingen inspraak geven en hen stimuleren om zelf keuzes te maken, zijn concrete strategieën om het engagement van leerlingen te verhogen en hun prestaties te bevorderen. Ook in klassen die sterk aan elkaar hangen, waar weinig conflicten voorkomen en kinderen zich vrij voelen om hun behoeftes te communiceren, presteren leerlingen beter (Adelman & Taylor, 2005). Daarenboven heeft een warm klasklimaat waarin leerlingen zich ondersteund, gerespecteerd en veilig voelen, een positief effect op de mate waarin leerlingen storend gedrag vertonen in de klas, evenals op hun houding ten opzichte van school en zichzelf.

Werk naar autonomie en werk aan zelfregulatie

Een autonome motivatie leidt tot betere leerresultaten. Deze autonomie van leerlingen kan aangemoedigd worden door de leerlingen de kans te geven individuele keuzes te maken in de aanpak van de leerstof. Dit doe je door waar mogelijk keuzes aan te bieden in het aanbod van je lesmateriaal. Maak aan leerlingen duidelijk dat ze allemaal hetzelfde doel zullen bereiken, maar een andere weg kunnen en mogen volgen.

Als leraar is het je taak de leerlingen te helpen om hun individuele zelfregulering op te bouwen. Dit is mogelijk door het duidelijk omschrijven van leerdoelen, het geven van constructieve feedback, door samenwerking tussen leerlingen te stimuleren, enz. 

Het is belangrijk dat een leerling het leerproces meer in eigen handen leert te nemen. Zelfevaluatie-en zelfreflectie instrumenten kunnen de leerling helpen om meer zicht te krijgen op kwaliteiten en valkuilen, en daarmee aan de slag te gaan. 

Zorg voor jezelf

Tips voor de lerende:

• Zorg voor een aangepaste, prikkelvrije en rustige studieomgeving.
• Leg de telefoon weg en zorg voor rust en orde.
• Beloon jezelf.
• Beweeg regelmatig
• Eet gezond en drink voldoende water
• Slaap voldoende
• zet af en toe een raam op, zorg voor zuurstof